Zaterdag 28 september ging Judith Uitermark, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, in gesprek met 40 raadsleden over de vraag: hoe zorgen er ervoor dat het raadswerk nu en in de toekomst zo aantrekkelijk mogelijk is?

​​​​​​​Onze fractievoorzitter Juliette Meurs-Troch was één van de 40 gelukkigen (van de ruim 8.000 raadsleden in Nederland) die bij deze bijeenkomst mocht aanschuiven.

Het was bijzonder dat deze minister (die maar net 3 maanden in deze functie aan het werk is) zo openstond voor het werk van de gemeenteraad. Zij was één en al oor en oprecht betrokken. Dat zou best kunnen omdat zij zelf ook ooit raadslid was; zij weet dus nog wel hoeveel werk het is en hoe moeilijk het soms is om te combineren met andere werkzaamheden en verplichtingen. Bijzondere aandacht ging onder meer naar de werkdruk, de modernisering van de verlof- en vervangingsregeling en de aantrekkelijkheid van het ambt. Er was voldoende mogelijkheid om ook andere urgente zaken over het ambt aan de snijden en aan te kaarten. Zo vroeg Juliette aandacht voor de commissieleden die voor raadsleden en een fractie heel belangrijk zijn omdat zij veel vergaderingen bijwonen en voorbereiden. Zonder commissieleden is het voor raadsleden bijna niet te doen. Maar daarentegen krijgen commissieleden een heel kleine vergoeding en alleen maar als zij bij een commissievergadering zijn geweest. Als je als commissielid een keer ziek bent krijg je dus helemaal niks en dat is niet eerlijk. Ook is er verschil tussen landelijke politieke partijen en lokale politieke partijen wat betreft financiële bijdragen vanuit het rijk. Lokale partijen krijgen niets. Dat verschil willen we (uiteraard) opheffen.

De minister was heel oprecht. Ze gaf aan geen beloften te kunnen doen. Wel beloofde ze te gaan kijken naar de arbeidsvoorwaarden met betrekking tot zwangerschapsverlof en ziekte. Verder gaat ze zich buigen over mogelijke scholing/training voor een goede basis en goede start voor nieuwe raadsleden. Tot slot nam ze het verzoek om een landelijke campagne dat het leuk is om raadslid te zijn ook ter harte. Ze heeft veel meer opgeschreven maar dit gaf ze aan als eerste te onderzoeken.

We wensen de minister veel succes met haar werk en zijn benieuwd wat we de komende tijd terug zien van het gesprek dat is gevoerd.